Te danken aan, te wijten aan

  • Door Taaluilen
  • 08 februari 2016
voorzetseluitdrukking

voorzetseluitdrukking

Dat Jan zo veel gebroken heeft, heeft hij te danken aan zijn eigen onhandigheid.
Dat Jan zo veel gebroken heeft, is te wijten aan zijn eigen onhandigheid.

“Dank je wel. Heel erg bedankt hoor. Dat ik mijn eigen enkel en mijn eigen arm heb gebroken.”

Natuurlijk bedoelt Jan dit niet zo. Hij wil helemaal niets en niemand bedanken. Integendeel. Hij vindt zichzelf waarschijnlijk een sufferd.

Te danken aan en te wijten aan zijn voorzetseluitdrukkingen, een vaste combinatie van woorden waar een voorzetsel in voorkomt en die je kunt vervangen door een enkel voorzetsel.

Andere voorzetseluitdrukkingen zijn:

in verband met (= vanwege, door)
met betrekking tot ( = over)
in het kader van (= vanwege, door)
door middel van (= met, door)

Te danken aan

Te danken aan is positief bedoeld. Je bedankt iets of iemand, je bent dankbaar.

Zijn achtste wereldtitel heeft hij te danken aan superhard werken en een goeie trainer.
Dat zijn woning niet in vlammen is opgegaan, is te danken aan zijn alerte buren.

Te wijten aan

Te wijten aan is negatief bedoeld. Je verwijt iets of iemand iets, je bent verwijtend.

Dat je gezakt bent, heb je aan jezelf te wijten.
De slechte Europese economie is onder andere te wijten aan de sterke dollar.

Wat gaat er soms fout?

Te danken aan wordt zowel in positieve als negatieve zin gebruikt.

Hij zit helemaal in de kreukels. Dat is te danken aan zijn onvoorzichtigheid.

 

 

Meer over

Deel dit artikel

Scroll naar boven