Dat is een bijdehante tante!
Je hebt er vast wel zo een in je buurt. En anders wel een ander soort tante – die trouwens niet echt jouw tante is. Want er zijn heel veel van dit soort tantes. Gehaaide tantes, slimme tantes, lastige tantes, slome tantes, pittige tantes. En het rijtje is nog lang niet compleet.
Waarom per se een tante?
Tantes waren van oudsher vrouwen met autoriteit. Sterke persoonlijkheden met wie niet te spotten viel. Vrouwen van statuur. Als het nodig was, sloegen ze van zich af met hun handtasje. Denk even aan Neelie Kroes en je snapt precies wat ik bedoel. Zij is een heleboel tantes tegelijk. Slim, gehaaid, stevig, pittig en voor politieke vijanden ook irritant en lastig. De cabaretier Toon Hermans had het over zijn tante Jo en dat was er ook een van het soort waar je beter geen ruzie mee kon krijgen. O ja, schiet me Margaret Thatcher te binnen; dat was ook een echte tante. Pittig en lastig. En wat denk je van tante Sidonia?
Wat doet dat tante?
Dat tante versterkt het bijvoeglijk naamwoord dat er vóór staat. Een lastige meid is voor je gevoel veel minder lastig dan een lastige tante. Een slimme tante is slimmer dan een gewone slimme vrouw. Tantes steken dus boven of onder het gemiddelde uit met die specifieke eigenschap. Geen kleurloos gedoe. Grijze muizen kunnen nooit een echte tante worden. Als je iets vermenigvuldigt met nul, blijft het nul. Daarom heb je het ook nooit over een meegaande tante. Dat lijkt wel bijna een tegenstelling.
En oom dan?
Van ooms zijn er maar een paar: een dure oom, een lastige oom en een hoge ome. Voor uitstekers boven of onder de middenmoot gebruiken mensen dan weer vaker vent of kerel. En ja, die halen het bij lange na niet bij tante.
Het is toch bijdehand met een d?
Is het dan eigenlijk een bijdehande tante?
Nee, het is echt bijdehante tante.
Heel vreemd eigenlijk want het bijvoeglijk naamwoord ‘bijdehand’ eindigt op een ‘d’ en dan verwacht je die ‘d’ ook als het verbogen wordt. Verbrand – het verbrande afval. Maar het bekt natuurlijk veel lekkerder, dat bijdehante tante. Mooi voorbeeld van binnenrijm, net als ‘ik ben geboren uit zonnegloren’.