Vroeger was het onderscheid streng
Vroeger werd er een strikt onderscheid gemaakt tussen doordat en omdat.
- Doordat gebruikte je alleen voor oorzaak (iets waarop jijzelf geen invloed hebt).
- Omdat gebruikte je alleen voor reden (iets waar jijzelf wel invloed op hebt).
Reden of oorzaak?
Tegenwoordig kan omdat ook een oorzaak aangeven en is het onderscheid niet zo scherp meer.
Wil je een reden aangeven? Dan is alleen omdat goed.
In het voorbeeld linksboven kies je zelf voor een dagje vrij. De reden daarvoor is dat het sneeuwt en je wilt gaan skiën.
In het voorbeeld rechtsboven heb je niets te kiezen. Je auto is ingesneeuwd en de treinen rijden niet. Gevolg? Je kunt niet naar je werk en de sneeuw is de oorzaak.
• Ik ga niet mee naar Venetië, omdat het druk is op de zaak. (reden)
• Piet doet dat soort dingen, omdat hij indruk wil maken. (reden)
• Anne kwam te laat op haar werk, omdat/doordat er een lange file stond. (oorzaak)
• De raket ontplofte al na enkele seconden, omdat/doordat de brandstoftank lekte. (oorzaak)
• Onze vakantie viel in het honderd, doordat/omdat de reisorganisatie failliet ging. (oorzaak)
• Piet doet dat soort dingen, omdat hij indruk wil maken. (reden)
• Anne kwam te laat op haar werk, omdat/doordat er een lange file stond. (oorzaak)
• De raket ontplofte al na enkele seconden, omdat/doordat de brandstoftank lekte. (oorzaak)
• Onze vakantie viel in het honderd, doordat/omdat de reisorganisatie failliet ging. (oorzaak)