tenminste / ten minste

  • Door Taaluilen
  • 23 maart 2015
tenminste ten minste

tenminste ten minste

Als je met zijn zessen helemaal naar Polen wilt rijden, moet je tenminste één goede auto hebben. Liefst twee.
Als je helemaal naar Polen wilt rijden, moet je ten minste één goede auto hebben. Liefst twee.

Aan elkaar of los?

Tussen tenminste en ten minste zit een groot verschil. Veel mensen zijn zich daar niet van bewust. Dan doe je het al snel fout. Bijvoorbeeld zo:

Een topmonteur zal hij niet worden, maar hij doet ten minste zijn best.
Als je een bijbaantje in een hippe kledingzaak wilt, moet je tenminste gevoel voor mode hebben.

 

Hoe onthoud je het?

Ten minste als twee losse woorden

… betekent op z’n minst, minstens, minimaal.

Als je ten minste één jaar in dienst bent, kom je in aanmerking voor een fietsproject.
Je moet voor deze functie ten minste wiskunde op vwo-niveau beheersen.
Ten minste de helft van de leerlingen stemde voor een vrije dag na carnaval.

 

Tenminste aan elkaar

… betekent in ieder geval, althans.

Ik ben misschien niet de allerslimste, maar ik spreek tenminste vloeiend Duits.
Jan gaat wel met hem praten. Hij is tenminste niet zo bang aangelegd.
Die IKEA-kast is goed in elkaar te zetten, tenminste als je de moeite neemt de gebruiksaanwijzing te lezen.

Meer over

Deel dit artikel

Scroll naar boven