Contaminatie?
Dat de linker zin hierboven fout is, is duidelijk.
Je kunt verdedigen dat het een contaminatie is. Bij een contaminatie vermeng je twee uitdrukkingen met elkaar waardoor een verkeerde uitdrukking ontstaat.
Dit weegt zwaar. (Dit is zwaar + Dit weegt veel.)
Dit zal ik nachecken. (Dit zal ik nakijken + Dit zal ik checken.)
Zo kun je ook naar ‘een ander alternatief’ kijken. Eerst even wat goede voorbeelden:
We wilden naar Spanje, maar hebben toch een andere reisbestemming uitgezocht.
We wilden naar Spanje, maar hebben toch een andere mogelijkheid uitgezocht.
We wilden naar Spanje, maar hebben toch een ander vakantieland uitgezocht.
We wilden naar Spanje, maar hebben toch een ander hotel uitgezocht.
De combinatie ander/andere + willekeurig woord ligt zo voor de hand, dat mensen ander ook zijn gaan combineren met alternatief.
Onderstaande voorbeelden zijn dan een contaminatie van andere mogelijkheid + alternatief.
Gelukkig heb ik nog een ander alternatief.
De directeur ziet altijd wel een ander alternatief.
Pleonasme?
Maar je kunt ook goed verdedigen dat dit een pleonasme is.
Bij een pleonasme benoemt een ander woord ten overvloede een eigenschap van het hoofdwoord. Die eigenschap heeft het namelijk altijd.
Wat is dit water nat. (Water is altijd nat.)
We gaan dit stuk opnieuw herhalen. (Herhalen is altijd opnieuw.)
Een alternatief is altijd anders. Als je het zo bekijkt, is ‘een ander alternatief’ een pleonasme.
Tautologie?
Of is het toch een tautologie?
Bij een tautologie gebruik je een woord of een uitdrukking om iets te herhalen wat hetzelfde betekent.
Dit krijg je er gratis en voor niets bij.
Alles is weer pais en vree.
Anders en alternatief betekenen in feite hetzelfde: een andere route is (bijna) hetzelfde als een alternatieve route.
Dat we bijna tussen haakjes erbij moeten zetten (want echt helemaal hetzelfde is het niet), betekent dat dit misschien wel de minst toepasselijke optie is.
Wat is het nou?
Wij vinden voor alle drie wel wat te zeggen. Wie het zeker weet, mag het ons vertellen.
Kijk, en dat vinden wij nou zo mooi aan taal. Er valt altijd iets van te vinden en te zeggen. De een vindt zus, de ander vindt zo.
En dit is daar een mooi voorbeeld van.
Wat is wel goed?
Hoe je het ook noemt, ‘een ander alternatief’ is zo fout als het maar fout kan zijn.
Ons advies? Laat het woord ‘ander’ weg.
Gelukkig hebben we nog een andere mogelijkheid.
Als de bewoners niet meewerken hebben we altijd nog een alternatief.
Het geeft een goed gevoel als er nog alternatieven zijn.