Leenwoorden zijn woorden die van oorsprong uit een andere taal komen en die wij als Nederlands zijn gaan beschouwen. Soms hebben we ze helemaal vernederlandst en kun je zelfs niet meer zien dat ze ooit uit een andere taal kwamen.
Van Dale heeft er een heel woordenboek aan gewijd (1997, 2e druk) en dat telt maar liefst 28.000 entries.
Arabisch
Uit het Arabisch komen onverwacht veel woorden. Ik wil wedden dat sommige je verrassen.
abrikoos, alcohol, atlas, caravan, fanfare, giraf, gitaar, kabel, koffie, masker, oranje, papegaai, spinazie, suiker
Frans
Aan de tijd dat Frankrijk in Europa toonaangevend was op cultureel gebied (14e tot 18e eeuw) hebben we heel veel Franse leenwoorden overgehouden. Vaak kun je aan de klank hun Franse afkomst nog enigszins horen.
ambulance, ballon, contant, etage, humeur, nuance, parlement, quiche, succes, type
Engels
Ook aan het Engels hebben we veel woorden ontleend; meestal zijn ze een stuk jonger, uit het industriële tijdperk en later. De nieuwste hebben met computers en internet te maken. Veel functies binnen bedrijven hebben tegenwoordig een Engelse naam. Soms bij het irritante van een barbarisme af (zie hieronder).
foto, film, album, motor, output, computer, entry, website, content, muisklik, scrollen, browsen, marketing, humanresourcemanager, developer, quality engineer
Duits
Duitse woorden die een plekje hebben verworven in het Nederlands, zijn onder andere:
sowieso, aha-erlebnis, überhaupt, fingerspitzengefühl, ach so, einzelgänger, fröbelen, föhn, muesli, en heel recent het voorvoegsel über-
En omgekeerd…
Natuurlijk zijn er ook woorden uit het Nederlands die in andere talen gebruikt worden. Het meest bekend vanwege zijn negatieve bijsmaak is het woord ‘apartheid’. Maar gelukkig zijn er ook neutralere Nederlandse leenwoorden. Een paar voorbeelden (er zijn er echt veel meer):
Frans: manneken – mannequin; makelaar – maquerel; kaper – capre
Engels: polder – polder; smokkelen – smuggle; hijsen – hoist; daalder – dollar
Duits: stilleven – Stilleben; maatjesharing – Matjeshering
Barbarismen
Leenwoorden zijn volkomen geaccepteerd in onze taal. Maar we gebruiken ook woorden en zinsneden uit andere talen die niet worden geaccepteerd. Ze zijn afgekeurd omdat ze letterlijk zijn vertaald, en niet passen in onze taal en de bijbehorende regels. Voorbeelden daarvan zijn anglicismen en germanismen.
Mensen die zowel leenwoorden als barbarismen afkeuren, noemen we taalpuristen.