Voor een rapport, onderzoeksverslag, paper, artikel, essay, betoog en scriptie hanteer je een wetenschappelijke oftewel academische schrijfstijl.
Wetenschappelijk schrijven houdt vooral in dat niet jijzelf maar juist het onderwerp centraal staat. Het gaat er niet om wat jij vindt, maar wel wat bijvoorbeeld het onderzoek oplevert.
20 tips voor een wetenschappelijke schrijfstijl
1 | Schrijf zo veel mogelijk in de tegenwoordige tijd. Dat geldt zeker voor Inleiding en Discussie. Methode (en materialen) en Resultaten kunnen in de voltooid tegenwoordige of in de verleden tijd. Er zijn geen vaste regels voor, maar wees consequent in je taalgebruik. (IMRD-methode) |
2 | Gebruik de ik-vorm niet of bijna niet. Het gaat niet om jou, maar om het resultaat. |
3 | Kenmerken van een leesbare academische stijl zijn:
|
4 | Zorg voor een heldere structuur. Daarvoor heb je hoofdstukken, paragrafen, alinea’s en zinnen tot je beschikking. |
5 | Titels van hoofdstukken en paragrafen hebben dezelfde stijl, dezelfde opbouw en dezelfde logische hiërarchie. Titels en ondertitels eindigen niet met een punt. |
6 | Alineakoppen hebben dezelfde stijl, dezelfde opbouw en eindigen niet met een punt. |
7 | Zorg voor verband tussen alinea’s. |
8 | Zorg door middel van stuctuuraanduiders voor samenhang binnen alinea’s en zinnen. |
9 | Zet in de alinea de belangrijkste informatie aan het begin. |
10 | Vermijd jip-en-janneketaal, maar maak je zinnen zeker ook niet onnodig lang. Wissel korte en lange zinnen af. |
11 | Gebruik opsommingen om de leesbaarheid en de structuur van de tekst te vergroten. |
12 | Hanteer zo veel mogelijk de actieve vorm. |
13 | Wees schaars met de hulpwerkwoorden worden, zullen, kunnen, mogen en moeten. |
14 | Vermijd ouderwetse woorden en uitdrukkingen. |
15 | Toets je tekst aan de zes eisen van zakelijke communicatie: duidelijk, efficiënt, aantrekkelijk, gepast, correct, overtuigend. |
16 | Ontwerp eerst de structuur voor je aan het schrijfproces begint. |
17 | Je hoeft niet ‘gewichtig’ te schrijven om je tekst wetenschappelijk te maken. Het gaat om de inhoud, jouw standpunten en jouw bevindingen. Door helder en overtuigend te presenteren valt er bij de lezer een wereld te winnen. |
18 | Varieer in zinsbouw. Laat niet elke zin op dezelfde manier beginnen. |
19 | Wees voorzichtig met het gebruik van vaktermen. |
20 | Citeren doe je bij voorkeur met enkele aanhalingstekens met vermelding van naam en jaartal en pagina van bijvoorbeeld het boek of tijdschrift waar de geciteerde tekst terug te vinden is. |